Ken je vitamine D? Een interessant feitje is dat dit eigenlijk helemaal geen ‘vitamine’ is, maar een in vet oplosbaar hormoon. Dit hormoon maken wij van nature aan in onze huid: dit is onze grootste bron. Daarnaast komt het ook voor in vette vissoorten, eieren en wordt het toegevoegd aan veel margarines.
Misschien heb je wel eens gehoord dat je in de winter minder vitamine D aanmaakt, doordat de zon dan minder uren en lager schijnt. Dit klopt!
De hele zomer lang heeft je lichaam een voorraad aan vitamine D aangemaakt, zodat je die bijvoorbeeld in de winter kan gebruiken wanneer je het nodig hebt. Op een gegeven moment is die voorraad helaas op. Om toch voldoende vitamine D te krijgen, moet je elke dag minimaal 15 minuten buiten zijn tussen 11:00 en 15:00 met het hoofd en de handen onbedekt. Dit lukt helaas niet iedereen, want het is natuurlijk al koud in de winter, dus als we binnen kunnen blijven ‘graag’. En als we dan toch naar buiten gaan zijn we goed ingepakte michelin-mannetjes. Hierdoor kan een tekort aan vitamine D al redelijk snel ontstaan.
Uit een steekproef in Zuid-Holland (2013) waar 2.503 mensen tussen de 2-100 jaar aan deelnamen, bleek dat bijna 60% in de winter aan een vitamine D tekort leed. 30% had zelfs een ernstige deficiëntie.
Voldoende vitamine D is belangrijk, en heeft veel positieve invloeden bij lichamelijke processen:
Wat ook belangrijk is om te weten, is dat er bepaalde groepen zijn die meer risico lopen op een vitamine D tekort. Dit zijn:
Hen wordt een dosis van 10 microgram per dag aanbevolen. Daarnaast wordt een dosis van 20 microgram per dag aanbevolen aan mannen en vrouwen die ouder zijn dan 70 jaar. Als je vitamine D suppleert, kies dan voor de D3 variant. Uit onderzoek blijkt dat je lichaam deze vorm het beste kan opnemen.
Twijfel je of je een tekort hebt?
Laat voor de zekerheid een bloedonderzoek doen bij de huisarts. Meten is weten!